Menu

Premieovereenkomst wat is dat?

Premieovereenkomsten zijn er in allerlei soorten en maten. De variëteit is enorm. In de basis is een premieovereenkomst een overeenkomst waarbij er geen pensioen maar een premie is afgesproken. De premies worden geïnvesteerd in beleggingsfondsen. Op pensioendatum wordt het bij elkaar belegde pensioenkapitaal gebruikt ter aankoop van een levenslang pensioen. Schematisch weergegeven:

Opbouw- en uitkeringsfase

De hoogte van het pensioen is afhankelijk van de onderstaande variabelen: 

Relevante onderdelen premieovereenkomst

  • Beleggingsresultaten. De hoogte van het pensioenkapitaal is onder andere afhankelijk van de beleggingsresultaten. Welke aanbieder het beste beleggingsresultaat behaalt? Dat is niet te voorspellen en tevens geven behaalde rendementen uit het verleden geen garanties voor de toekomst. 
  • Premie-inleg. De premie-inleg is cruciaal, daar heeft u invloed op. Fiscaal zijn er wel beperkingen van kracht. Als de rente laag is, is het gebruik van een marktrentestaffel (ook wel kostprijsstaffel) geen overbodige luxe. Meer hierover in het onderstaande ‘Voorbeeld premieovereenkomst‘.
  • Levensverwachting. De levensverwachting neemt langzaam toe. Dat is prachtig, maar omdat het pensioen mogelijk langer wordt uitgekeerd heeft de hogere levensverwachting een verlagend effect op de hoogte van de periodieke pensioenuitkering. 
  • Rente. Twee decennia geleden stond de rente nog op 4%. Toen kon er met een pensioenkapitaal van € 300.000 een levenslang pensioen van € 21.000 worden gekocht. De sindsdien steeds lager wordende rente zorgt ervoor dat de pensioenaanbieding op pensioendatum ook lager is. Met andere woorden; de kostprijs van het pensioen, varieert onder andere door de rente op pensioendatum.
  • Variabel en/of vast. Sinds de inwerkingtreding van de Wet verbeterde premieregeling (WVP) behoort een variabele pensioenuitkering ook tot de mogelijkheden naast de vaste variant.

Risico’s premieovereenkomst

De risico’s van een (zuivere) premieovereenkomst liggen bij de deelnemers. Dit in tegenstelling tot een verzekerde middelloonregeling. Bij een middelloonregeling ondergebracht bij een pensioenfonds lopen (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden het risico dat het pensioenfonds het pensioen als ‘ultimum remedium’ (het laatste redmiddel) moet verlagen. De pensioenen moeten worden gekort als de dekkingsgraad lager is dan 90%.

Voorbeeld premieovereenkomst

Premieovereenkomsten worden in grote verscheidenheid aangeboden. Neem bijvoorbeeld een 3% staffel. De premie-inleg van een 3% staffel neemt met de tijd als volgt toe:

Lasten uitgedrukt in een percentage van de pensioengrondslag.

Een premieovereenkomst streeft een opbouw gelijkwaardig aan een maximale middelloonregeling na. Een premieovereenkomst die gebruik maakt van een 3% premiestaffel gaat uit van:

  • een marktrente op pensioendatum van minimaal 3%;
  • een rendement tijdens de beleggingsperiode van 3%; en
  • eventueel verbeterde overlevingskansen worden met een positief rendement op de beleggingen verdisconteerd.

Hogere premie-inleg

Een lager of hoger rendement, een andere marktrente, overlevingskansen, de uitkomsten van al deze variabelen zijn van invloed en liggen bij een premieovereenkomst bij de werknemer. Een hogere premie-inleg kan de gevolgen van bijvoorbeeld een lage rente op pensioendatum of slechte beleggingsresultaten beperken. Onder voorwaarden is een hogere premie-inleg mogelijk.

Onder de verschillende staffels respectievelijk premie-inleg.

Lasten uitgedrukt in een percentage van de pensioengrondslag.

Vertaling naar loonsom

Als we de premie-inleg vertalen naar een percentage van de loonsom zijn de verschillen als volgt (bij een inkomen van € 40.000):

  • Bijlage I (4%-staffel) gaat uit van 4% rente op pensioendatum. De premie bedraagt dan 4% (toeval) van het loon op 30-jarige leeftijd en bij 50 jaar 9%;
  • Bijlage IV (3%-staffel) gaat uit van 3% rente op pensioendatum. De premie bedraagt dan 6% van het loon op 30-jarige leeftijd en bij 50 jaar 11%; en
  • Bijlage V (martkrentestaffel, grijze MR-staffel) gaat uit van 1,5% rente op pensioendatum. De premie bedraagt dan 16% van het loon op 30-jarige leeftijd en bij 50 jaar 23%.

De marktrentestaffel uit het voorbeeld houdt dus onder andere rekening met een lagere rente (1,5%) op pensioendatum. Hierdoor is de premie op 30-jarige leeftijd 4 maal zo hoog, vergeleken met de 4%-staffel. Het verschil vlakt af maar blijft aanzienlijk. De premie van een marktrentestaffel benadert dan ook de kostprijs van een middelloonregeling.

Andere varianten in de praktijk

  • een afgeleide van het staffelpercentage, bijvoorbeeld 80% van de 3% staffel. Dat maakt de regeling goedkoper en soberder; of
  • een vast percentage zonder leeftijdsafhankelijke staffel. Dit lijkt op de nieuwe premieovereenkomst echter de percentages die worden gebruikt zijn te laag om een adequaat pensioen te kunnen opbouwen. Vaak zijn de percentages lager dan 20% terwijl voor een goed pensioen het percentage hoger dan (afhankelijk van de leeftijd van de werknemers) 20% moet zijn.

Vast percentage, leeftijdsonafhankelijk

Deze laatste variant, een premieovereenkomst met vast percentage, wordt de standaard. Het fiscaal maximum bedraagt 30% van de pensioengrondslag. De premies voor de risicodekkingen komen daar bovenop. Risicodekkingen zoals de verzekering voor de premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en het partnerpensioen op risicobasis. Een extra 3% is beschikbaar om eventueel bepaalde leeftijdscohorten te kunnen compenseren. Ter beperking van pech- en gelukgeneraties. Zie ook de pagina ‘het nieuwe pensioencontract’.  

Een lager percentage is voordeliger maar leidt niet tot een adequaat pensioen. Tenzij variabelen zoals het beleggingsresultaat gunstig zijn (geweest). Beter is het om zo veel mogelijk in te leggen. Daarmee kunnen eventuele tegenvallende beleggingsresultaten worden opgevangen.  Als uiteindelijk blijkt dat tijdens de opbouwperiode alles heeft meegezeten kan de deelnemer van een hoger pensioen genieten. Of eerder met pensioen gaan.    

Zoals u ziet zijn er genoeg keuzes te maken. Voor een onafhankelijk pensioenadvies ben ik u graag van dienst.

Neem contact op

Bijgewerkt op 4 januari 2024.